De 11e eeuw was in Aragón een zeer woelige periode. Na de Reconquista schoten de Christelijke = Romaanse bouwwerken overal als paddestoelen uit de grond. Het waren religieuze en/of verdedigingsbouwwerken als kerken, kloosters, torens, kastelen en kapellen. De omgeving, ook rond de vakantiewoningen, ligt dan ook bezaaid met herinneringen aan dit verleden. Zelfs in het kleinste bergdorp is nu nog een Romaanse kerk te vinden.
De twee meest beroemde en zeer representatieve voorbeelden voor gans Spanje zijn: 'Castillo de Loarre (nabij Huesca)' en 'Monasterio de San Juan de la Peña (nabij Jaca)'. Klik voor Kastelen of vestigingen in de nabijheid van de vakantiehuizen: Abizanda, Adahuesca, Benabarre, Besians, Ainsa, Aguilaniu, Alquezar, Fantova, Graus, Grustán, Juseu, Montañana, Obarra, Pano, Roda de Isábena, Rodellar, San Román de La Puebla de Castro, Torreciudad.
San Juan de la Peña (vorstenklooster) was het belangrijkste Middeleeuwse klooster van Aragón en ligt op 20 km ten zuiden van Jaca. Veel van het oorspronkelijke klooster is nog intact, niettegenstaande een grote brand in de 16e eeuw, die de monikken pas onder controle kregen na 3 dagen. Het is in de 9e eeuw op een afgelegen, vroeger moeilijk bereikbare plaats in de bergen gebouwd onder een enorme rots. Het gelijkvloers toont de oorspronkelijke Mozarabische kerk (gewijd in 920). Rond 1070 bouwde Sancho Ramírez (Navarra) hierbovenop de bovenste kerk. Het was een belangrijk oord dat de bescherming genoot van de eerste vorsten en edelen van Aragón en Navarra, die er ook wilden begraven worden en instonden voor veel giften en de financiëring.
De belangrijke bouwkundige vroeg-Romaanse kenmerken (en typisch voor deze streek): Robuuste, zware donkere gebouwen met kleine rondboogvensters. In de 12e eeuw ging met van vlak over tot 'bas-reliëf': ingewerkte portalen, blinde of open booggalerijen, ...
Het kerkportaal met omlijsting in de dikke wand uitgespaard. Boogveld (tympaan), deurstijlen met zuilen, ingewerkte dagkanten en boogomlijstingen.
Hoofdapsis in halfronde vorm gedecoreerd met geblindeerde rondbogen. Bovenaan tongewelf = halfrond gewelf tussen 2 zware muren.
Resten van de Romaanse kloostergang (12e eeuw) bestaande uit enkele, dubbele en vierdubbele zuilen die de rondbogen ondersteunen. De boogversiering bestaat uit in- en uitspringende vierkantjes in friesvorm.
Romaanse sculptuurwerk aan de kapitelen van de kloostergang toont enerzijds dieren en planten (vb gevleugelde leeuwen) en anderzijds scenes uit het nieuw testament. Hier de bruilof van Kanaan. De wijnkruik was niet van steen (zie indruk duim).
Typische versiering van de kolomvoeten.
Deuropening in hoefijzervorm, belangrijkste mozarabisch kenmerk in de Romaanse gebouwen.
|